Ik bel je zo terug

“Mam, kan ik in ziekenhuis Valle del Guadalhorce terecht met mijn verzekeringspas”? ‘Uh, ja?’ Mijn zoon antwoordt: “Dus het kan? Ik heb een ongeluk gehad met een quad”. “Ik bel je zo terug!” en hij hangt op. Ik luister naar de oorverdovende stilte die volgt en staar voor me uit. Op dat moment wordt het voorgerecht geserveerd, ik kijk mijn vriendin aan en zeg ‘ik heb geen trek meer’. Ze pakt mijn hand en zegt “rustig liefie, het komt goed”. Duizend vragen tollen door mijn hoofd. Ongeluk? Ziekenhuis? Wat is er gebeurd? Hoe ernstig is het? Ik ben in Nederland en dus zo’n slordige 2500 kilometer bij hem vandaan. Geen onbelangrijk detail; mijn man is óók in Nederland en onze dochter is alleen thuis in Spanje. Slik!

Mijn vriendin vraagt wat ze voor me kan doen. Als ze al denkt ‘daar gaat ons gezellige etentje’ dan merk ik daar niks van. De schat! Ik vraag haar contact met mijn man op te nemen, zodat hij op de hoogte is van de situatie. Ik haal even heel diep adem en probeer helder na te denken. Ik heb meer informatie nodig om rustig te blijven merk ik, dus ik stuur mijn zoon een appje. Ik type: “hoofdletsel?” hij antwoordt gelukkig vrijwel meteen ontkennend. Ik type meteen erachteraan “ambulance?” Ook hier krijg ik een nee op. Okey, rustig blijven nu, hij belt zo terug en dan weet je meer. Ik focus me op mijn ademhaling en neem een slok van mijn wijn. Mindfullness en alcohol zijn normaal gesproken niet het beste huwelijk, maar dat zal me op dat moment worst wezen. Alles beter dan midden in het restaurant in tranen uitbarsten, want eerlijk is eerlijk het huilen staat me inmiddels nader dan het lachen.

Niet veel later gaat mijn telefoon weer. Het is mijn zoon. Hij belt via Whatsapp en de verbinding is slecht. Ik ren naar de ingang van het restaurant om een beter signaal op te vangen. Nu hoor ik hem zeggen: “Mam, ik heb f*cking veel pijn en het is niet goed”. Ik schrik van zijn stem. Ik ken hem een beetje en weet dat hij echt heel veel pijn heeft. “Mam, ze moeten iets doen, ik bel zo terug”. En weer hangt hij op. Nou is hij altijd een jongen van weinig woorden geweest en daar ben ik wel aan gewend geraakt, alleen op dit moment schiet de adrenaline zo’n beetje mijn oren uit en zou ik blij zijn met iets meer details.

We vervolgen ons gesprek via Whatsapp. Hij zegt dat het erop lijkt dat hij zijn been heeft gebroken en verder heeft hij pijn in zijn knieën, nek en liezen. Het zijn nare klachten maar gelukkig niet levensbedreigend zo lijkt het. Zijn vriend, gelukkig hij is dus blijkbaar niet alleen (!), appt dat hij voor een röntgenfoto en een echo moet. Hij belooft me op de hoogte te houden. Ik wil niet het hele etentje verpesten en begin met lange tanden aan mijn voorgerecht. Ondertussen houdt mijn vriendin de rest van het gezin op de hoogte. “Pffff”, zeg ik, “voor 48 uur in Nederland en dan dit!”

Na wat eeuwen lijkt te duren, gaat mijn telefoon weer. Zijn stem klinkt in mijn oor en hij praat met een dubbele tong. Thank god! Hij heeft blijkbaar pijnstilling gekregen. Hij vertelt dat hij gips krijgt en nog niet weet of hij die nacht in het ziekenhuis moet blijven. “Maar het komt goed,mam”. “Tuurlijk man, antwoord ik, natuurlijk komt het goed”. Ik herhaal het meer om mezelf gerust te stellen. Hij is net zo’n pechvogel als ik als het gaat om fysiek letsel maar ook net zo’n ’tough cookie’ en bij hem is het gelukkig tot nu toe niet blijvend.
We zijn inmiddels ruim twee maanden verder en het lijkt alsof er niets is gebeurd. Of dit een stilte voor de volgende innerlijke storm is, vraag ik me als moeder van een zoon allang al niet meer af.

Hij is zich in ieder geval alweer aan het opmaken voor het volgende avontuur en vindt het wel best dat ik dit deel.

Laat een reactie achter

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Scroll naar boven